Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Waarom zegt gij [dan], [91]o Jakob! en spreekt, o Israel! [92]mijn weg is voor den HEERE verborgen, en [93]mijn recht gaat van mijn God voorbij? 91. O mijn volk, mijne kerk. 92. Dat is, mijne gelegenheid, namelijk in welk ongeluk ik ben. Alsof hij zeide: De Heere weet niet hoe het mij gaat, dewijl Hij mij uit mijne ellende niet verlost. 93. Dat is, God doet mij geen recht over mijne vijanden, die mij onrechtvaardig vervolgen.